Fiscale regels voor buitenlands onroerend goed in de personenbelasting, met focus op kadastraal inkomen, progressieve belasting en leningsvoordelen.
Dit seminarie behandelt de fiscale behandeling van buitenlands onroerend goed binnen de personenbelasting, met nadruk op recente wetgevende aanpassingen als gevolg van Europese rechtspraak. Het belicht de nieuwe regels voor de berekening van het kadastraal inkomen van buitenlands vastgoed, de impact hiervan op progressieve belastingen en de mogelijkheid tot fiscaal voordeel bij leningen voor dergelijk vastgoed. De opleiding omvat vier modules: de aangifte tot aanslagjaar 2021, wijzigingen vanaf aanslagjaar 2022, concrete voorbeelden en recente aanpassingen in het Wetboek Inkomstenbelastingen.
De eerste module bespreekt hoe buitenlandse onroerende goederen historisch in vak III werden aangegeven, met specifieke aandacht voor de discriminatie tussen Belgisch en buitenlands vastgoed. België werd herhaaldelijk veroordeeld door het Europees Hof van Justitie voor ongelijke behandeling, wat leidde tot aanpassingen in de regelgeving. Er wordt uitgelegd hoe bruto- of theoretische huurwaarden vroeger werden gebruikt en waarom dit ongunstig uitviel voor belastingplichtigen met buitenlands vastgoed.
In de volgende module wordt ingegaan op de nieuwe regels vanaf aanslagjaar 2022. Buitenlands vastgoed wordt nu behandeld zoals Belgisch vastgoed, waarbij een kadastraal inkomen wordt berekend op basis van een administratieve methode. Hierbij wordt de actuele verkoopwaarde teruggebracht naar de waarde van 1 januari 1975 met een correctiefactor, waarna een forfaitair percentage wordt toegepast. Dit nieuwe systeem vervangt de vroegere methodes en vereenvoudigt de aangifte.
Vervolgens illustreren voorbeelden hoe het progressievoorbehoud werkt en wat de impact is van deze nieuwe regels op de belastingberekening. Er wordt ook toegelicht hoe leningen voor buitenlands vastgoed fiscaal worden behandeld. Het voordeel van intrestaftrek blijkt beperkt als enkel het buitenlandse inkomen betrokken is, maar wordt significant wanneer ook Belgisch inkomen wordt meegenomen via de regel van drie.
Tot slot behandelt de opleiding recente wijzigingen in de fiscale wetgeving, waaronder hoe constructies op buitenlandse terreinen apart moeten worden berekend. Het seminarie sluit af met een samenvatting en praktische tips om optimaal om te gaan met de nieuwe regels.
Deze opleiding is cruciaal voor iedereen die eigenaar is van buitenlands vastgoed en inzicht wil krijgen in de fiscale verplichtingen en voordelen.